Ik had ’s ochtends gezien dat er prima wasmachines stonden in het sanitairhok. Een prima gelegenheid dus om na een week de was te doen. De receptie was al open en daar kon ik een wasmunt kopen. Quinten zijn boeltje erbij en omdat het lekker warm was, zou de was ook zo droog zijn. Washok was helemaal donker en er zaten wat kinderen in te kletsen. Het blok zeep dat er bij zat heb ik voor de helft gebruikt, maar dat was misschien iets te weinig. De wasmachine was na een klein half uur al weer klaar. Wasgoed rook na afloop niet echt gewassen. Wel weer schoon en uitgespoeld.
Om half elf waren Quinten en ik helemaal klaar en hadden we ook geen goede reden meer om te blijven. Op de fiets dan maar! Wasgoed kwam halfdroog uit de machine; kon goed mee en zouden we ’s avonds wel ophangen.
Om half elf waren Quinten en ik helemaal klaar en hadden we ook geen goede reden meer om te blijven. Op de fiets dan maar! Wasgoed kwam halfdroog uit de machine; kon goed mee en zouden we ’s avonds wel ophangen.
In Vilé zagen we een Lidl; daar hebben we boodschappen gedaan. Toen ik de winkel weer uitkwam, fietste Rinke net langs, die ook op de camping in Mittersheim stond. Zij wilde ook een paar boodschappen doen dus hebben we op haar fiets gelet. Samen hebben we een aardig stuk opgefietst; heel gezellig. Ze was met meerdere mensen samen gefietst, o.a. met Rob die we later in Rome op de camping weer tegen zouden komen. Rinke fietste tot Basel. Het was de eerste keer dat ze op fietsvakantie ging, en ze reed op een fiets die helemaal zelf gebouwd was uit onderdelen. Het was een oud frame waar nieuwe onderdelen op en aan geschroefd waren. Unieke fiets, er is er maar 1 van. Zij had dezelfde ervaring als wij bij het restaurant op de Col du Donon: klotebediening. Zij had geen gebakje gegeten uiteindelijk. Tot tweemaal toe hebben we geprobeerd dat alsnog te regelen, maar helaas – nergens geen gebak. Ook vertelde ze van een zekere Willy, die in 2 weken naar Rome wilde fietsen en 180 km per dag als doelstelling had. Hij was zo moe, dat je hem alles drie keer kon vertellen en hij wist het nog niet.
|
|
In Bergheim hebben we voor het eerst echt even lopen zoeken waar we er nou uit moesten. In de gids van Benjaminse stond letterlijk aangegeven dat het hier zo goed aangegeven was, dat aanwijzingen niet nodig waren. Niet dus; klopte niks van.
Daarna zijn we dankzij de aanwijzingen van een lokale fietser nogmaals verkeerd gereden. Geen verkeerde intenties, maar gewoon verkeerd begrepen.
Bij Turkheim ging Rinke haar eigen weg, richting Colmar. Quinten en ik hadden het niet uitgesproken, maar de eindbestemming zou vandaag gewoon Basel worden. Turkheim is overigens nog best een aardig grote plaats.
Na Turkheim kwamen we op een lang bospad terecht waar we meerdere doorgaande wegen kruisten. Het pad was kaarsrecht, dwars door het bos en een goede 20 kilometer lang. Nauwelijks andere fietsers. Als we er op 20 kilometer 10 zijn tegengekomen, is het veel. Geen bankjes te bekennen dus zijn we langs de kant even gaan zitten. Niet helemaal comfortabel. Even verderop zagen we vanzelfsprekend uitstekende picknickplaatsen met bankjes en tafels.
Aan het eind van het pad kwamen we bij het kanaal terecht dat van de Rhône naar de Rijn leidt. Daar gingen we bijna de verkeerde kant op, maar een sympathieke fietser wees ons er op dat we niet goed gingen. Ongetwijfeld waren we er zelf snel genoeg achter gekomen. Ik kijk regelmatig op mijn kompas en check even met Quinten of het klopt dat we een bepaalde richting op rijden. Dat gaat eigenlijk bijna altijd goed.
Het laatste deel fietsten we langs het kanaal over een recreatief pad met veel recreanten. Deze gaat over in het Canal d’Alsace. Daar passeerden we een bizarre situatie. We fietsen door een tunneltje met allemaal troep en op een groot grasveld, ingesloten tussen kanaal en snelweg staat een grote groep naar wat ik veronderstel Roma. Bedelkindjes op het fietspad, die wel de grootste schik hadden, maar wel om geld vroegen toen ze ons zagen. Verder dikke auto’s gigantische caravans en een heel onbehaaglijke sfeer.
Het laatste stuk was maar een kilometer of 10, 12 maar voelde veel langer. Ik begon de vermoeidheid te voelen en het begon ook al wat later te worden. Om goed half 8 kwamen we aan in Huningue. Even zoeken naar de camping. Er voor stond een bord dat de camping vol was, behalve voor fietsers. Pfff. De camping was heel ouderwets; niet meer dan een veldje met wat ouderwetse sanitaire voorzieningen. We stonden ingesloten tussen de auto’s. Kosten waren daarentegen zeer schappelijk: 18 euro voor een nacht. Strava geeft deze dag 120 aan, maar ik had deze te laat aangezet, vandaar.
Daarna zijn we dankzij de aanwijzingen van een lokale fietser nogmaals verkeerd gereden. Geen verkeerde intenties, maar gewoon verkeerd begrepen.
Bij Turkheim ging Rinke haar eigen weg, richting Colmar. Quinten en ik hadden het niet uitgesproken, maar de eindbestemming zou vandaag gewoon Basel worden. Turkheim is overigens nog best een aardig grote plaats.
Na Turkheim kwamen we op een lang bospad terecht waar we meerdere doorgaande wegen kruisten. Het pad was kaarsrecht, dwars door het bos en een goede 20 kilometer lang. Nauwelijks andere fietsers. Als we er op 20 kilometer 10 zijn tegengekomen, is het veel. Geen bankjes te bekennen dus zijn we langs de kant even gaan zitten. Niet helemaal comfortabel. Even verderop zagen we vanzelfsprekend uitstekende picknickplaatsen met bankjes en tafels.
Aan het eind van het pad kwamen we bij het kanaal terecht dat van de Rhône naar de Rijn leidt. Daar gingen we bijna de verkeerde kant op, maar een sympathieke fietser wees ons er op dat we niet goed gingen. Ongetwijfeld waren we er zelf snel genoeg achter gekomen. Ik kijk regelmatig op mijn kompas en check even met Quinten of het klopt dat we een bepaalde richting op rijden. Dat gaat eigenlijk bijna altijd goed.
Het laatste deel fietsten we langs het kanaal over een recreatief pad met veel recreanten. Deze gaat over in het Canal d’Alsace. Daar passeerden we een bizarre situatie. We fietsen door een tunneltje met allemaal troep en op een groot grasveld, ingesloten tussen kanaal en snelweg staat een grote groep naar wat ik veronderstel Roma. Bedelkindjes op het fietspad, die wel de grootste schik hadden, maar wel om geld vroegen toen ze ons zagen. Verder dikke auto’s gigantische caravans en een heel onbehaaglijke sfeer.
Het laatste stuk was maar een kilometer of 10, 12 maar voelde veel langer. Ik begon de vermoeidheid te voelen en het begon ook al wat later te worden. Om goed half 8 kwamen we aan in Huningue. Even zoeken naar de camping. Er voor stond een bord dat de camping vol was, behalve voor fietsers. Pfff. De camping was heel ouderwets; niet meer dan een veldje met wat ouderwetse sanitaire voorzieningen. We stonden ingesloten tussen de auto’s. Kosten waren daarentegen zeer schappelijk: 18 euro voor een nacht. Strava geeft deze dag 120 aan, maar ik had deze te laat aangezet, vandaar.