Om ongeveer vijf uur werd ik al wakker; de boot bleek al aangekomen te zijn. Daarna nog wel wat geslapen, maar onrustig. Goed 6 uur opgestaan; even gedoucht en naar het restaurantdeel om een kop koffie te pakken. Alleen Ezrah heeft daar ontbeten. Strak 7 uur wordt er omgeroepen dat iedereen van boord moet en dan komt ook meteen de hele meute in beweging. Tassen pakken en zien dat je bij de fietsen komt. Sander stond er al en die had al ruzie met een Engelsman tegen wiens fiets wij onze fietsen aan hadden gezet. Was behoorlijk pissig. Klein schrikmomentje toen ik eerst mijn fietssleutel niet kon vinden, maar die bleek toch gewoon in mijn stuurtas te zitten.
Om van boord te komen moet je je helemaal tussen de vrachtwagen manoeuvreren. Je voelt je heel klein; je past er maar net tussendoor met je stuur. Van de boot af was het erg rommelig en onduidelijk waar je nou precies moet zijn. Nog eenmaal je paspoort laten zien, en dan konden we Harwich in. Waar we als eerste doorheen fietseten, was een armoedige, winderige buurt. Veel rommel en het zag er allemaal verwaarloosd uit. Na een kilometer of 3 waren we Rob en Ezrah kwijt. Die waren rechtdoor gefietst waar wij af waren gegaan. Meteen bellen en 10 minuten later waren we al weer bij elkaar.
Deze dag was een fors eind fietsen. De inschatting was dat het zo'n 120 kilometer zou zijn.
Plaatsen waar we langs gekomen zijn: Little Bentley, Mandon, gegeten en ontbeten in Colchester. (daarvan dachten we dat het zo'n 20 km zou zijn en dat bleken er 40 te zijn. Toen maakt ik me wel behoorlijk zorgen om de dagafstand! Achteraf bleek dat overigens prima te kloppen met zo'n 125 km.) De dame van de bestelling schrok hevig van het feit dat ik geen ei bij mijn English breakfast wilde. Gelukkig kon het wel en kreeg ik in plaats daarvan een extra sausage. Lekker gegeten, buik vol en weer verder.
Het landschap werd geleidelijk aan wat bevolkter; heel afwisselend met veel stijgen en dalen. Veel huizen en schuren die in Nederland allang afgebroken zouden zijn. Wel erg authentiek zullen we maar zeggen.
Deze dag was een fors eind fietsen. De inschatting was dat het zo'n 120 kilometer zou zijn.
Plaatsen waar we langs gekomen zijn: Little Bentley, Mandon, gegeten en ontbeten in Colchester. (daarvan dachten we dat het zo'n 20 km zou zijn en dat bleken er 40 te zijn. Toen maakt ik me wel behoorlijk zorgen om de dagafstand! Achteraf bleek dat overigens prima te kloppen met zo'n 125 km.) De dame van de bestelling schrok hevig van het feit dat ik geen ei bij mijn English breakfast wilde. Gelukkig kon het wel en kreeg ik in plaats daarvan een extra sausage. Lekker gegeten, buik vol en weer verder.
Het landschap werd geleidelijk aan wat bevolkter; heel afwisselend met veel stijgen en dalen. Veel huizen en schuren die in Nederland allang afgebroken zouden zijn. Wel erg authentiek zullen we maar zeggen.
De volgende stop was bij Heybridge Basin, een klein havenplaatsje. Veel dagjesmensen. Lekker patat gegeten bij The Old Ship (daarnaast was the Jolly Sailor). Daarna een stukje noordwaarts langs een smal kanaal; veel wandelaars met honden. De eerstvolgende plaats waar we doorheen kwamen was Chelmsford, een wat troosteloos stadje. Veel straten zonder bomen.
Na Chelmsford reden we door allerlei smalle weggetjes en over een bruggetje waar een paar centimeter water op stond. Auto's aan de andere kant van het bruggetje wachtten keurig totdat wij gepasseerd waren. Ezrah fietste achter mij en op het moment dat hij erover ging hoorde ik een harde vloek. Ik dacht eerst dat hij was aangereden. Ik zette de fiets op de standaard en liep terug en zag dat hij in de plas onderuitgegaan was. Hij kon amper nog lopen. Einde fietstocht dacht ik voor hem. Qua fietsen bleek het echter enorm mee te vallen: dat ging eigenlijk nog best. |
We kwamen aan in Brentwood. Na een poos zoeken en drie rondjes verkeerd gereden te hebben kwamen we bij het keurige hotel aan, gerund door drie dames die wel heel erg hun best deden om het ons naar de zin te maken. We kregen haast het idee dat we de eerste gasten ooit waren, maar dat bleek toch
niet het geval te zijn. Kamer gedeeld met Sander. Ezrah kon nog amper lopen, maar de dames in het hotel waren zo vriendelijk om hem even met de auto naar het restaurant te brengen. Bij een italiaan gegeten; een vriendelijke Engelsman leende hem een kruk om zo even een sigaretje buiten te kunnen roken. |
Het zag er op dat moment naar uit dat Ezrah niet verder kon fietsen. De volgende dag zou hij eerst naar een dokter toe moeten en dan naar alle waarschijnlijkheid met de trein naar Londen en verder zouden we het dan wel zien. De volgende ochtend bij het ontbijt had hij echter besloten om alsnog te gaan fietsen. Ik had er weinig vertrouwen in dat het goed zou gaan maar al snel bleek dat het gewoon prima ging. Lopen was nog steeds moeizaam maar fietsen ging eigenlijk prima. Good enough.